Politie arresteert twee jongeren voor het verspreiden van persoonlijke informatie van publieke figuren
In een gecoördineerde operatie, uitgevoerd door de Algemene Informatie Dienst van de Nationale Politie en onder leiding van de Audiencia Nacional, zijn twee 19-jarige jongeren gearresteerd vanwege hun betrokkenheid bij grootschalige uitlekken van persoonlijke gegevens van politici, journalisten en burgers. De arrestaties vonden dinsdag plaats in Cruce de Arinaga op Gran Canaria en zijn het resultaat van een lopend onderzoek naar misdaden die verband houden met cyberterrorisme, bedreiging en intimidatie van staatsinstellingen.
De verdachten, Yoel O.Q. en Cristian Ezequiel S.M., worden vermoedelijk gelinkt aan de aliassen "Akkaspace" en "Pakito", die zij gebruikten om de uitlekken te ondertekenen op platforms zoals Telegram, YouTube, en zelfs in berichten op X (voorheen Twitter) en interviews op Twitch.
Sociale media als spreekbuis van digitale intimidatie
Onderzoek toont aan dat het duo opereerde vanuit openbare profielen, met beperkte technische kennis en zonder grote inspanningen om hun identiteit te verbergen, wat hun opsporing vergemakkelijkte. Hun activiteiten op sociale media bestonden uit het publiceren van gevoelige gegevens – namen, adressen, telefoonnummers, e-mailadressen en zelfs wachtwoorden – van publieke figuren zoals de premier, Pedro Sánchez, verschillende ministers en vooraanstaande journalisten.
De strategie omvatte het verspreiden van kwetsende berichten die aanzetten tot intimidatie of belachelijk maken van hun slachtoffers, onder het mom van een soort "digitale wraak" tegen vertegenwoordigers van de linkse politiek. Sommige publicaties werden beschreven als een reactie op vermeende corruptie.
Ondanks hun ontkenning van ideologische motieven, waren de aanvallen gericht op personen die systematisch verbonden waren met progressieve kringen. Het duo noemde zichzelf zelfs "Etarras" als een duidelijke provocatie.
Telegram als centrum van operaties en promotie
Het Telegram-kanaal waar de uitlekken werden gepubliceerd, diende zowel voor het verspreiden van aanvallen als voor het aanbieden van vermeende "diensten" van doxing. Volgens de autoriteiten werden daar toekomstige publicaties aangekondigd en werden volgers aangemoedigd om deze massaal te delen.
Dit kanaal, evenals andere sociale media profielen van de betrokken mannen, zijn in de laatste uren verwijderd of aangepast. Het kanaal "Etarras" werd hernoemd naar "No somos nada", en alle berichten werden gewist na de arrestaties.
Onderzoekers beschouwen deze laatste acties als een duidelijke poging om bewijs te vernietigen, hoewel veel publicaties reeds waren gearchiveerd door cyberbeveiligingsexperts en juridische instanties.
Juridische interventie en in beslag genomen materiaal
De huiszoekingen in de woningen van de verdachten, goedgekeurd door de Centrale Ondervragingsrechter nr. 1 onder leiding van rechter Francisco de Jorge Mesas, resulteerden in de inbeslagname van talrijke elektronische apparaten: computers, mobiele telefoons, externe harde schijven, geheugenkaarten, USB-sticks en documentatie die verband houdt met mogelijke digitale betalingen.
De gerechtelijke order omvat een analyse van versleutelde berichtenplatforms zoals Telegram, WhatsApp, Signal, TOR, I2P en Freenet, evenals toegang tot sociale media, e-mails en cloudservices. Er wordt ook onderzoek gedaan naar connecties met mogelijke cryptocurrency-accounts die verband kunnen houden met de feiten.
Beide verdachten zijn overgebracht naar Madrid, waar ze donderdag zullen getuigen voor de Audiencia Nacional. Ze worden geconfronteerd met mogelijke aanklachten voor cyberterrorisme, onrechtmatige verspreiding van persoonlijke gegevens, institutionele intimidatie en verzwarende bedreigingen.
Portret van amateuristische, maar dodelijke cybercriminaliteit
Wat opmerkelijk is aan deze zaak, is het profiel van de betrokkenen. Een van hen, Yoel, was student informatica zonder eerder strafblad. De ander, Cristian, werkte met zijn familie in een lokale onderneming en had interesse in digitale activiteiten, hoewel volgens zijn verdediging hij "niets te maken had met de feiten".
Onderzoekers benadrukken de lage technische verfijning van de groep. In tegenstelling tot cyberaanvallen die door professionals worden uitgevoerd, hebben de verantwoordelijken talloze digitale sporen achtergelaten, waaronder niet-geanonimiseerde IP-adressen, profielen met echte namen en directe verbindingen met persoonlijke apparaten.
De Nationale Politie beschouwt deze zaak als een duidelijk voorbeeld van hoe "onzorgvuldige blootstelling op sociale media een cruciale factor kan zijn voor het identificeren en arresteren van de verantwoordelijken voor digitale misdrijven", zelfs zonder geavanceerde technologie.
Alarmering over de werkelijke impact van doxing
De zaak heeft het debat over de grenzen van sociale media en het gebrek aan effectieve controle over doxing – de opzettelijke publicatie van persoonlijke informatie met het oog op intimidatie – opnieuw aangewakkerd. Hoewel veel platforms beleid hebben tegen deze praktijk, blijkt de realiteit dat, in gesloten of slecht gemodereerde kanalen, deze inhoud snel kan worden verspreid en reële schade kan veroorzaken.
Organisaties die zich inzetten voor digitale rechten hebben opnieuw de nadruk gelegd op de noodzaak om de samenwerking tussen platforms, autoriteiten en de samenleving te versterken om deze inhoud te melden en de impact ervan te minimaliseren.
Conclusie
De zaak van Akkaspace en Pakito toont aan hoe een combinatie van radicale retoriek, ongereguleerde sociale media en basale toegang tot technologie een instrument van massale intimidatie kan worden. Maar het toont ook aan dat "digitale straffeloosheid grenzen heeft": de sporen blijven bestaan en de wet treedt op.